Voor het eerst na corona weer op vakantie. Het kon niet anders dan naar Bretagne zijn. Dat vinden we zo’n mooi gedeelte van Frankrijk, de ruige kust, de natuur. Dit was onze vierde keer en wederom in Noord-Bretagne. De eerste dag dat we in ons vakantiehuis zaten gingen we naar Chateau du Guildo.
Daar waren we al twee keer eerder geweest. Een verwaarloosde ruïne waar bijna niemand kwam. Wij vonden hem mooi en konden overal rustig fotograferen.
Ook het jaar erop dat we er naartoe gingen, was het er stil, alleen één persoon met hond gezien. Op internet lazen we een jaar of wat later dat ze de ruïne aan het opknappen waren en we hielden ons hart al vast. De volgende keer dat we weer in de buurt waren, zagen we uit de verte tenten staan; zo te zien waren ze druk bezig. Dit jaar er dus toch maar weer naartoe.
Al vanuit de verte werd duidelijk dat de opknapbeurt zijn vruchten had afgeworpen. Bij de ingang stonden picknicktafels en die waren ook bezet. Zo te zien was het een zeer populaire stop voor fietsers geworden. Binnen was goed duidelijk dat er opgravingen hadden plaatsgevonden, er waren funderingen zichtbaar geworden.
Er waren trappen geplaatst, maar ook een gedeelte was afgesloten en boven de haard was een geheel nieuw stuk gekomen.
Gelukkig waren er nog genoeg doorkijkjes.
Vanaf het hoogste punt konden we ook nog steeds genieten van het schitterende uitzicht op de baai.
Bij de opgravingen hadden ze veel ornamenten gevonden. Al die kapitelen en hoe die dingen ook mogen heten, hadden ze bij elkaar gelegd.
‘Onze’ ruïne was het niet meer, want er liepen best veel mensen rond. Maar mooi dat er nu meer mensen van kunnen genieten.